Even voorstellen. Kaal, kinderlijfje, raar snorretje, eihoofd, schilferende hoofdhuid en nog een restje pluishaar. Dat ventje achter dat grote sixties-bureau daar is meneer Sonnberg. En oja, meneer Sonnberg is óók nog blind.
Hier weer even wat snapshots van m'n tekentafel. Die blinde Sonnberg wordt straks erg belangrijk in het verhaal en voor Rhonda. (Let effe op die begrafenisbloemen in de hoek. Heb je 'm? De suggestie is helder. Die blinde Sonnberg is nu al bijna dood.)
Op dit punt in het verhaal is m'n lezer straks fijn binnengelokt in de vertrouwde klassieke VANO-stripvormgeving, en wordt het maar eens tijd voor het eerste snufje gekkigheid. Die Sonnberg is een bijna dode griezel. En hij is weird.
Weinig anders gedaan dan getekend, de laatste weken. Niet geschoren, niemand gebeld, geen kranten gelezen, nergens over nagedacht. He-le-maal in m'n strip-coccoon.
Het paradijs!
No comments:
Post a Comment